Je hoeft geen didactisch wetenschapsmateriaal in je klas te hebben om te kunnen experimenteren met Ava en Trix. Met huis-, tuin- en keukenmateriaal kan je alle experimenten tot een goed einde brengen. Dit houdt in dat je als leerkracht ook niet noodzakelijk zelf voor alle materialen moet zorgen. Je kan ook de leerlingen - op basis van hun gemaakte hypothese - het materiaal laten meebrengen waarvan zij denken dat ze het nodig zullen hebben.
Met de app en de bijhorende experimenten werk je aan veel meer doelen dan enkel aan doelen Wetenschap en Techniek. De uitdaging ligt erin om zoveel mogelijk leergebieden te betrekken wanneer je met de app aan de slag gaat. Op die manier kan je tegelijk aan veel verschillende doelen werken en kan het werken met de app misschien niet enkel binnen de uurtjes Wereldoriëntatie, maar ook eens binnen een uur wiskunde of taal plaatsvinden.
Ava & Trix houden niet van het woord ‘mislukken’. Als het resultaat niet overeenkomt met de oorspronkelijke hypothese, dan kunnen leerlingen hier veel uit leren. Door na te denken over de reden waarom iets niet verloopt zoals ze hadden verwacht, doen ze inzichten op die ze kunnen gebruiken om nieuwe hypotheses te formuleren.
Bij onderzoekend leren is groepswerk heel belangrijk. Groepjes van 3 à 4 leerlingen is ideaal om iedereen aan bod te laten komen. Ook de timing en het vooraf meedelen hoeveel tijd ze hebben voor hun onderzoek is van belang. Daarnaast moet elke leerling ook een specifieke taak krijgen zodat iedereen verantwoordelijkheid draagt over een aspect van het onderzoek. De beste manier om leerlingen aan te zetten tot actieve deelname, is via vraagtechnieken.